Prof. Mortimer is met vakantie in Caïro en bezoekt zijn oude vriend prof. Ahmed Rassim Bey, conservator van het Egyptologisch Museum. Deze vraagt hem recent gevonden papyrussen te ontcijferen. Nasir vermoedt dat ze al vanaf de luchthaven worden geschaduwd, maar Mortimer wuift dit weg. Samen met Bey valt hij van de ene verbazing in de andere: een van de fragmenten lijkt afkomstig van Manethon, een befaamd Egyptisch historicus, wiens werk tweeduizend jaar eerder verloren is gegaan. Het gaat over de ‘Kamer van Horus’, een crypte vol schatten. Hun speurtocht leidt tot een bittere confrontatie met Olrik, die het uiteraard op deze schatten heeft voorzien...