Parmeno, opsnijder, drinkeboer, leugenaar en tevens knecht van Giacomo C., heeft de tijd van zijn leven. De nederige taken maken plaats voor overdadige feesten, voor het genoegen in dure kleding rond te lopen, voor het plezier geld en macht te bezitten en door iedereen te worden aangesproken als 'Hertog van Totto'. Maar achter dit sprookje schuilt een arglistig complot dat de arme Parmeno op elk moment de kop kan kosten. Verliefd op Venetië en elders voegen Griffo en Dufaux, op het koortsachtige ritme van een schalkse en libertijnse verbeelding, een nieuw hoofdstuk toe aan het uitzonderlijke leven van Giacomo C. en zijn onafscheidelijke knecht Parmeno. Goldoni en zijn ironische, perverse theater zijn niet ver weg ...